Ned /

God

Meestentijds wordt God (de godheid en de goddelijkheid) begrepen als zijnde een persoon van bovenzinnelijke aard, eveneens de Heer genaamd. Aangezien verschillende Heren het belang benadrukten van het feit God zelf niet te zijn maar juist de profeet, zoon of leraar van God, refereert de term onpersoonlijk gesproken aan een mystiek alomtegenwoordig en aanbiddelijk Opperwezen of Superziel. Wetenschappelijk schijnt de term te refereren aan de macht (ziel) van (alomtegenwoordige, alwetende en te respecteren) conditionerende cyclische tijd in samenhang met de ether of de 'Kracht', die de materiƫle structuur en het bewustzijn uitmaken van ieder levend wezen. Het is duidelijk dat God alles of iedereen kan zijn terwijl het omgekeerde niet waar is slechts een element zijnde en niet de categorie. Aldus is God een Persoon, terwijl tegelijkertijd de persoon God niet is.

  • Er zijn drie kenmerken van de goddelijkheid: behoud, schepping en vernietiging (zie geaardheden).
  • Er zijn drie kwaliteiten: eeuwigheid (van de constante getuige die de ziel is), bewustzijn (door de natuurlijke orde van de zon, de maan en de sterren) en gelukzaligheid (van het doen van je plicht - het dharma).
  • Er zijn drie schaduwen: dwaasheid door gehechtheid, dictatuur door vals gezag en waanzin door een gebrek aan discipline.
  • God kan filognostisch, naar de graden, ook worden beschreven als het zelf der zelven, het ego der ego's en de ziel van de zielen.
  • God als de Kracht of als 'iets' wordt begrepen als de verpersoonlijking van de ether, of omgekeerd de ether als de afspiegeling van de integriteit van de godspersoon.
  • Vedisch kent men God volgens de Upanishad (de filosofische kern) als het Volkomen Geheel OM PURNAM genaamd. Onkenbaar, maar toch onmiskenbaar een feit.

Zie ook:

Categorie: Definities | Nederlands


Deze pagina werd sedert 14 dec. 2007 keer bekeken.