Ned /

Bewustzijn

Staat van zijn; gewaar zijn van verschil. Men is op een zekere golflengte, met een zekere tijd-modus of een paradigma (een denkmodel) gewaar met een manier van onderscheid maken of differentiëren die afhankelijk is van de kennis van het zelf (identificaties), het lichaam (relaties) en de cultuur (vertoog).

Filognostisch spreken we van een cultureel en een natuurlijk bewustzijn: cultureel een relatief en instabiel, materialistisch bewustzijn dat op basis van materiële motieven de tijd manipuleert, en natuurlijk een meer absoluut bewustzijn op basis van het respect voor de in de hemel waargenomen orde van de zon, de maan en de sterren.

Men kan ook spreken van egobewustzijn en zielbewustzijn. Egobewustzijn is een vorm van onbewust zijn dat typisch is voor een beperkte visie (darshana) gebaseerd op een enkelvoudige logica. Het bewustzijn van de ziel is meer filognostisch van al de verschillende vormen van logica tezamen. Het bewustzijn in de zin van een bewustzijn van de Absolute Waarheid van de wetmatige natuurlijke orde kenmerkt zich door evenwicht - het evenwicht tussen de basisvisies (guna-avatâra's, zie ook geaardheden) en de graden van ervaring of betrokkenheid (adhikâri) - en wordt traditioneel vermeld in combinatie met de kwaliteiten van het constant of eeuwig zijn, en het gelukzalig zijn. Bewustzijn, eeuwigheid en gelukzaligheid (vedisch: sat-cit-ânanda) vormen traditioneel de drie basiskenmerken van de ziel (âtmâ). Het bewustzijn van het ego bestaat uit een beperkte vorm van logica die valt onder een enkele dualiteit van religieus versus wetenschappelijk denken waar men niet zonder meer de gelukzaligheid vindt die stabiel is en natuurbewust. Andere visies als het spirituele, politieke, filosofische en analytische denken worden dan weerstreefd als zijnde primitiever, zweveriger, materialistischer, speculatiever, of zondiger en dergelijke. Het egobewustzijn komt meer overeen met het materialistisch bewustzijn dat we hierboven ookwel het cultureel bewustzijn hebben genoemd. Het is een bewustzijn dat - modern/postmodern - niet stabiel is en gekenmerkt wordt door een psychologisch tijdbeleven of door de neurose van een bewustzijnsprobleem. Het bewustzijn van de ziel is meer het natuurlijke bewustzijn van een zelf in wijsheid dat ruimte biedt aan al de verschillende vormen van logica, causaliteit, en intelligentie met inbegrip van het ego dat dan niet meer vals (ahankâra) of materieel in de dualiteit gevangen heet te zijn. In schema zien de twee vormen van bewustzijn er zo uit:

Bewust of Onbewust?

Op basis van dit schema wordt duidelijk dat de ziel als het bewuste zelf van de regulerende beginselen (vidhi) gevonden wordt als er evenwicht (de blauwe velden) en integratie (al de velden wit en blauw) bestaat in de drie basiswaarden van het goddelijke van de eeuwigheid, de gelukzaligheid en het bewustzijn. Is men van de ziel, dan noemt men zich bewust. Is men van het ego (de witte velden) dan noemt men dat repressief, onbewust, vernauwd, reductionistisch of minder bewust. De filognostische integratie van de afzonderlijke visies vormt dan het evenwicht, het bewuste van de volledigheid van de ziel die in alle visies gelijkelijk aanwezig is als de stille getuige in het hier en nu met de (in het blauw) genoemde kenmerken. Waar het dus op aankomt in de zelfverwerkelijking - of het in emancipatie ontwikkelen van het bewustzijn - is de juiste vervulling met iedere graad of met ieder stadium van de ontwikkeling van de ervaring te vinden met de bijbehorende basisvisie.

- Het zelf (psychoanalytisch: het es) vindt zijn vervulling in het onpersoonlijke van de natuurlijke waarheid en is dan stabiel of eeuwig. In het principe is het zelf spiritueel maar niet stabiel en in de politiek is het zelf ook niet op zijn plaats of van bewustzijn wat betreft de persoon.
- Het ego in cultuur gebracht als een vorm van wetenschap of religie geeft een ik-besef dat zijn vervulling vindt in de gelukzaligheid van het principiële dat de werkelijkheid van de ziel fundeert. In de wetenschap met zijn paradigmatische strijd en onzekerheid vindt het ego in het onpersoonlijke niet echt de voldoening van het evenwicht en persoonlijk opgevat wordt het ego een religie die niet direct strookt of vrede heeft met andere ego's in dat verband (analytisch is het dan: superego).
- De wijsheid is het best op zijn plaats in het persoonlijke omdat het dan een bewustzijn oplevert dat zowel bovenzinnelijk als concreet herkenbaar in de materie zijn plaats en zin heeft. Samen met het onpersoonlijke zelf dat eeuwig is en het gelukzalige ik-besef dat principieel is, is dan het bewustzijn volkomen of filognostisch (âtmatattva, van de liefde voor de kennis of van de werkelijkheid van de ziel). De wijsheid onpersoonlijk opgevat wordt een eindeloze filosofische discussie van waarheden, feiten en meningen die, ondanks zijn stabiliteit, steeds op zoek is naar zijn volkomenheid en integriteit. Naar het principe kan men met de wijsheid veel analyseren maar is ook dan, ondanks de in de meditatie gevonden voldoening, de integratie ervan de vraag omdat steeds het ego van de ene analyticus botst met de andere (de schoolstrijd). Er is in de analyse niet zomaar respect voor de integriteit van de kennis, ofwel voor de persoon.

Wat betreft de integratie van de ziel in de filognosie is het ook waar dat verstoken van geluk en stabiliteit de wijsheid die men leeft al te persoonlijk is; dat verstoken van bewustzijn en stabiliteit de gelukzaligheid van een principieel ego is dat niet verder komt dan de morele les; en dat zonder het bewustzijn van de persoon en de gelukzaligheid van het principe de stabiliteit onpersoonlijk en in feite een volkomen droog, materieel zinledig zelf is. Zo wordt duidelijk dat er met de visies in combinatie met de kwaliteiten van de ziel alleen echt sprake is van een alomvattende filognostische intelligentie die door transcendentie vrij is van een vervreemding die het resultaat is van vals ego of identificatie, als de integratie van die filognosie via de verschillende niveaus tot stand komt middels het bestrijden van de hypocrisie of de illusie van het egoïsme van ieder van de twaalf vormen van bewust/onbewust zijn.

Zie ook:

Categorie: Definities | Nederlands


Deze pagina werd sedert 14 dec. 2007 keer bekeken.