Ned /

Geld

Geld is een ruilmiddel, maar in de praktijk is het vaak een machtsillusie zoals we er politiek mee omgaan. Per slot van rekening is het iets dat door de mens werd geschapen. Het heeft op zichzelf geen hart en ziel. Daarom is het nuchter bezien een ruilmiddel en niet een doel van het ruilen; hebt u ooit gehoord van een ruildoel?


Vedische referentie

Vedisch wordt het asat genoemd, of gezien als iets dat niet waar is of slechts tijdelijk. De machtsillusie van het heersen ermee wordt mâyâ genoemd: het begoochelend zijn door de materiële wereld. De Gîtâ stelt 4.18: Als je het werken voor een resultaat beziet als werkeloosheid en het vrijwilligerswerk als het ten dienste staan, mag je jezelf intelligent noemen in menselijke aangelegenheden; het is dan dat je, met al de soorten van handelingen waar je je mee bezighoudt, verbonden bent. Geld is het resultaat waar men op uit is in het karma dat men heeft. Karma is uiteindelijk baatzuchtige arbeid. Maar het doel van de filognosie is niet zozeer het ontwikkelen van karma. Het ontwikkelen van dharma is de bedoeling: we gaan voor de goddelijke visie.


Uitzondering

Er bestaat een uitzondering wat betreft het idee van geld als zijnde een illusoir middel. Als monniken die positief zijn over de discipline van de yoga donaties inzamelen, noemen ze het Lakshmî, naar de hindu godin die over de weelde heerst. Praktisch houdt dat in dat leven van de bijstand (d.w.z. het ontvangen van een donatie middels de ondersteuning van de regering voor sociaal aangepast gedrag) de beste manier vormt om deze illusie van het materieel beheersen van de wereld met geld het hoofd te bieden. Vrijwilligerswerk, ofwel die arbeid die men verricht zonder er iets voor terug te verlangen, is onze normale staat van dienstverlenen. Werken voor het geld als zijnde het doel en de definitie van de welvaart wordt beschouwd als materialistische corruptie. Aldus spreken we van geld verdienen als je een uitkering waard bent door je naar behoren aan te passen aan de eisen van de zaak der menselijkheid.


Filognostisch belang

De gedragsregel van de filognosie wat betreft het geld is: streef de noodzaak er niet mee voorbij (Occam's regel) en stel altijd de mens voorop en niet het geld. Om gesalarieerd te zijn betekent dat men verstrikt is in het netwerk van nevenmotieven. Men kan hieraan ontsnappen door van zienswijze te veranderen en zo te gaan voor een beter systeem van bekrachtigen. Praktisch houdt het in dat men al zijn geld dat men niet echt nodig heeft behoort te doneren aan de filognostische zaak van een betere wereld. Een radicaal ingesteld iemand zou eenvoudigweg het geld kunnen verbranden om er voor eens en altijd vanaf te wezen, maar dat is niet de verstandigste strategie. Het is de bedoeling er op een ideële wijze zo mee om te gaan dat het overbodig wordt. Het is en blijft per slot van rekening maar een middel en meer niet. Uiteindelijk hebben de heiligen en de buitenaardsen geen portemonnees, noch zullen ze je om geld vragen, noch zullen ze het jou geven om je te bekrachtigen ter wille van de aanpassing aan hun samenlevingen (o achtenswaardig lid van de Galactische Orde). Wat zou ons nu anders voor ogen staan in de achting voor het geld dan een samenleving die, net zoals dat is met de SciFi?-serie Star Trek, zonder geld draait vrij van illusie?


Praktisch met geld omgaan: een filognostische economie


Geld wordt het best bestuurd<br>middels de wet en de regering.

Geld wordt het beste gehanteerd door de regering die belastingen int waar er teveel van is, en het daar uitdeelt waar er te weinig van is. Aldus zijn er in principe geen kwade, hongerige, ziek geworden, dak- en thuisloze, krankzinnige mensen en ook geen oorlogen maar meer de normale welvaart en veiligheid voor een ieder zonder schuldcomplexen. Hiertoe zijn we zeer wel in staat onder de voorwaarde van een juiste individuele sociale, spirituele, wetenschappelijke en politieke discipline. Oorlog en armoede is de val van de economie. Een regering die op deze manier faalt vanwege corrupte individuen met een nevenmotief, noemen we een slechte of corrupte regering. Geld zien we filognostisch, voor zolang we er nog mee te maken hebben, als het bloed in het lichaam van de samenleving. Een goede economie is niets anders dan een gezond circuleren van het geld in de samenleving die, naar de noodzaak, voorziet in de behoefte van alle cellen (of huishoudens) in de samenleving. Het probleem met het uitdelen van het geld zit hem in de filosofie van de bekrachtiging. Als men met geld bekrachtigen wil moet men een menselijke visie hebben wat betreft het bekrachtigen van de menselijkheid op de eerste plaats. Maar mensen stellen in de politiek kapitalistische, fundamentalistische, socialistische en egogerichte eisen (zie ook de velden van handelen) die een kwalijke vorm van gedragswetenschap vormen die ingaat tegen de mensenrechten en het geloof, het vertrouwen en de menselijkheid vernietigt die we nodig hebben om gelukkig in vrede samen te kunnen leven. De samenleving wordt niet enkel beheerst door de economie en de wet, maar ook door de gedragswetenschap en andere wetenschappen. Het filognostisch ideaal is uiteindelijk een geldloze samenleving te hebben die gebaseerd is op geloof, hetgeen alleen maar mogelijk is met een juiste, volwassen filosofie van zelfbeheersing als de yoga. Derhalve staat de filognosie een alomvattende menselijke zienswijze voor die de voorwaarde stelt van de filognostische gelofte: waarachtig en trouw zweren we het te zullen delen en helpen. Aldus verwachten we, werken we voor en hopen we op een rechtschapen en welvarende samenleving gebaseerd op het bekrachtigen van de menselijke waarden waar we ons met deze gelofte toe bekennen terwille van een goede relatie met de natuur van onze planeet.


Donaties

Aangezien onwetende mensen zich nog niet zover ontwikkeld hebben, maken ze noodzakelijk en eisen ze ook het aanwenden van geld. Om die reden hebben we nog steeds geld nodig als we een filognostisch leven leiden, en daarom kan men maar het best als het ware zijn eigen bijstandssysteem organiseren, min of meer zoals monniken die zich verplicht voelen tot de heiligheid met de armoede van de geest zich instellen op hun eigen orde. Om die reden kan men bijdragen met donaties terwille van de zaak der filognosie. Dit moet dus geschieden in de zin van het verschaffen van Lakshmî voor hen die van filognostische toewijding zijn, want als de religieuze notie in dezen niet voorop staat, zou dit een vorm van bedrog zijn met een nevenmotief. Religie wordt in de filognosie niet gezien als een infantiele, verouderde en onvolwassen strategie van het beheersen van mensen met mythen over een kerel die men God noemt, de Profeet of de Heer, maar meer als een cultureel fundament van menselijke waarden die, per slot van rekening, leidden tot het meer gerijpte begrijpen en politieke van de hedendaagse integriteit van alle wetenschappen met inbegrip van de theologie. Filognosie is wat dat betreft een gedragswetenschappelijk verantwoord (een tijd- en conditioneringsbewust) christelijke aanpassing van de filosofie en de praktijk van de yoga. Zo wordt men aangeraden om te doneren aan de associatie die zich hiervoor inzet: de hervomingsgezinde, progressieve toegewijden, die u als zijnde een gelovige van dienst zijn met vertrouwen in de integriteit van de ware weelde en het fortuin, met de Bhagavad Gîtâ en het S'rîmad Bhâgavatam als de schriftuurlijke, egoloze autoriteit van opoffering hiervoor op het internet. Deze mensen zullen, geleid door de traditionele, geestelijke erfopvolging die dit respect grondvestte, met dank en dienstbaarheid zorgdragen voor de juiste bekrachtiging van het leven met en dienen van de grondvesting van de maatschappelijke bijstand zoals die er moet zijn.


Zie ook


Externe Links

Categorie: Definities | Nederlands


Deze pagina werd sedert 14 dec. 2007 keer bekeken.