Platonische lichamen en de Gulden Snede

Helena Blavatsky:
Het Heelal wordt van binnen naar buiten bestuurd en geleid. Zoals boven, zo is het ook beneden, zoals in de hemel, zo ook op aarde; en de mens – de microkosmos en het verkleinde evenbeeld van de macrokosmos – is de levende getuige van deze universele wet en van haar manier van werken. (Geheime Leer, Deel I, p. 301)
Jan Börger: De Basis van alle cultuur is de ether, d.w.z. de eenheden voorzich gedacht en de eenheden in-een gedacht en dat tegelijkertijd.
Teilhard de Chardin: Op een dag, wanneer we de ether, de wind, de getijden en de zwaartekracht hebben bedwongen, zullen we . . . de energieën van liefde gaan aanwenden. Dan zal op die dag voor de tweede keer in de geschiedenis van de wereld de mens het vuur hebben ontdekt.
Hoe verder we in de materie doordringen, door middel van steeds krachtiger methoden, des te meer raken we verward door de onderlinge afhankelijkheid der delen. Elk element in de Kosmos is voortgekomen uit alle andere elementen. Het is onmogelijk in dit netwerk te snijden of dit te isoleren zonder dat het aan alle kanten gaat rafelen.
De moderne fysica is er niet langer zeker van of wat ze in handen heeft zuiver energie is, of zuiver gedachte.
Mijn Goddelijk milieu mag niet los worden gezien van mijn Verschijnsel mens, want het vormt er één geheel mee.

Blauwdruk (Mercabah, 'Wereldbrein en Cybernetica', Kwintessens van Ruimte en Tijd?)

Herbert van Erkelens Merkaba:
Omdat de wiskunde van de schepping eenvoudig is, kun je naast vorm ook het getal als sleutel hanteren. Zo hanteert Kryon een numerologie die enigszins zicht geeft
op de onderlinge wisselwerkingen van de verschillende lagen DNA. Daarbij volgt hij tamelijk nauwgezet onze eigen numerologie die weliswaar op ons tientallig stelsel is gebaseerd, maar bij nader inzien op de centrale betekenis van het getal drie. Negen, het getal drie in het kwadraat, betekent 'voltooiing':

1. Een nieuw begin
2. Dualiteit
3. Actie en kracht
4. Structuur
5. Verandering
6. Communicatie, balans en harmonie
7. Het heilige getal
8. Balans en verantwoordelijkheid
9. Voltooiing

Door Kryon gehanteerde numerologie.

 

Titus Schütz: In de 3e dimensie kunnen 4 gelijkzijdige driehoeken een tetraëder vormen (één driehoekig grondvlak en drie driehoekige zijvlakken). Twee tetraëders samen kunnen een zogenaamde stertetraëder vormen. We weten van de Merkaba-meditatie, dat een stertetraëder is opgebouwd uit twee tetraëders, die gedeeltelijk in elkaar vervloeien; de aarde-tetraëder en de zonne-tetraëder. Drunvalo Mechizedek laat in zijn boek "De Geometrie van de Schepping" (deel 2) zien dat elke hoekpunt van een stertetraëder, (die we tijdens de Merkaba-meditatie visualiseren), elk een eigen toon(hoogte) toebedeeld kan worden. Drunvalo geeft ze elk een toon: (1) do - (2) re - (3) mi - (4) fa - (5) sol - (6) la - (7)si - (8) do. Het is hierbij van belang te weten wat de structuur is van zo'n toonladder. Alle tonen van deze ladder hebben een specifieke afstand ten opzichte van elkaar. En het bijzondere hiervan is, dat deze afstanden bepaald worden, door de projectie van een stertetraëder in ruimte en tijd.

Letterlijk betekend Merkaba (merkava) lichtvoertuig of strijdwagen. De Merkaba duikt voor het eerst op in de Bijbel. In een nogal mystieke passage beschrijft de profeet Ezechiël een ontmoeting met God. Hij ziet vier wezens in een gouden gloed, elk met vier gezichten en vier vleugels. ‘Er ging vuur heen en weer tussen de wezens, een gloeiend vuur, en er kwam bliksem uit het vuur. En zo flitsten de wezens heen en weer, als bliksemstralen.’ Elk van deze wezens heeft een wiel aan zijn voeten: ‘De wielen glansden alsof ze gemaakt waren van turkoois en ze hadden alle vier dezelfde vorm: ze leken op een wiel in een ander wiel. Ze gingen met de vier wezens mee zonder om te draaien.’ (Ezechiël 1:13b-14 en 16-17)

Jan Wicherink, boek Ontheemde Zielen Ontwaken, bespreekt in hoofdstuk 5 de Platonische lichamen en de Levensboom:
57: In het Westen werd de kennis van de Heilige Geometrie bewaard in gnostische kringen, geheime genootschappen en de vrijmetselarij. 63: De vijf Platonische lichamen, genoemd naar de Griekse filosoof Plato, werden 350 jaar v.Chr. voor het eerst door Plato in zijn boek Timaeus beschreven. 64: Alle vormen hebben een tegenhanger, een tegengestelde vorm die grecreëerd kan worden uit de ander. De kubus bijvoorbeeld heeft de octaëder als tegenhanger. Etc. Met andere woorden de Platonische lichamen zijn extreem symmetrisch.
60: De stertetraëder (dubbel tetra, Davidster) bestaat uit twee in elkaar gevlochten piramiden.
83: Dr. Hans Jenny’s nam het werk van Buckminster Fuller als uitgangspunt. Hij ging verder door testen uit te voeren met staande golven in vloeistoffen in bolvormige volumes. Tot zijn grote verbazing ontstonden alle Platonische lichamen, genoemd naar de legendarische filosoof Plato, als geometrische interferentiepatronen. Wat we zien in het plaatje hieronder is de stertetraëder die ook voorkomt op de omslag van dit boek. Indien u het plaatje nauwkeurig onderzoekt dan ziet u misschien de twee gelijkbenige driehoeken, ééntje omhoog wijzend, de ander omlaag. Samen vormen zij het symbool dat bekend staat als de joodse Davidster, maar bedenk dat deze driehoeken in de ruimtelijke werkelijkheid tetraëders zijn, driezijdige piramiden.
95: Richard Hoagland heeft samen met David Wilcock aangetoond dat er in ons zonnestelsel planeten zijn die geologische drukpunten kennen op een breedtegraad van precies 19,47 graden. Voorbeelden hiervan zijn de grote rode vlek op Jupiter, de grote donkere vlek op Neptunus en de plaatsen op de zon waar de grootste zonnevlekken voorkomen. De verschijnselen die voorkomen op deze breedtegraad kunnen het best verklaard worden wanneer we aannemen dat er stertetraëdervormige energiestructuren werkzaam zijn in het boloppervlak van deze hemellichamen.
Vele Oosterse tradities zijn het erover eens dat het etherische energielichaam dat het tegenwicht vormt van het fysieke lichaam, het voertuig is van de menselijke ziel. De energiestructuren van de menselijke aura zou als golf interferentiepatronen de Platonische lichamen in zich hebben en wel in het bijzonder de stertetraëder.
96: Het Merkaba-energieveld van het menselijke lichaam is een stertetraëder ofwel twee in elkaar gevlochten tetraëders, waarvan er eentje met de punt omhoog wijst en de ander met de punt omlaag (zie de omslag van dit boek). De Merkaba wordt ook genoemd in de joodse Kabbala, waarin hij beschreven wordt als een tegen de klok indraaiend energieveld die zowel geest als lichaam beïnvloedt.
114: Het hologram van de gehele mensheid op aarde lijkt op wat Carl Jung de collectieve geest van de mens noemt.
158: Ervin Laszlo zegt dat we verder moeten kijken en dat we de evolutie van het universum in zijn geheel in de discussie moeten betrekken. Volgens Laszlo is de echte vraag hoe het universum zich heeft kunnen ontwikkelen tot een toestand waarin de biologische evolutie überhaupt kon plaatsvinden.
179: Het vergt wat inbeeldingskracht, maar kijk eens naar de dubbele vortex links, lijkt dit niet op een boom? De onderste vortex vormt de wortels, de bovenste vormt het bladerdek. Dit is de boom van de kennis van goed en kwaad in de Hof van Eden. Wanneer we kijken naar het rechter plaatje dan is het vrij eenvoudig om er een appel in te herkennen, de torus heeft namelijk de vorm van een appel. De slang die Eva verleidde om de appel van de boom te eten, is de Phi-spiraal die perfect de torus beschrijft.
Het verhaal van Adam en Eva zou dus wel eens een verwijzing kunnen zijn naar de manier waarop de materiële wereld geconstrueerd wordt uit de ether! De val uit het paradijs begon toen de Eenheid van de Schepper, Zijn eeuwige bewustzijn, de ether, de eerste torusvorm voortbracht. De eerste stap in de schepping was tegelijkertijd de afscheiding van de Eenheid. De val uit het paradijs zou uitgelegd kunnen worden als de afscheiding van de Eenheid in de illusoire fysieke wereld van schijnbaar afgescheiden delen.
200: De fundamentele waarheid is dat er maar één oneindige Schepper is en dat alle percepties van individualiteit eenvoudigweg illusies zijn.

De microkosmos en macrokosmos zijn door energiestructuren van de menselijke aura en de stertetraëdervormige energiestructuren (Jan Wicherink, boek Ontheemde Zielen Ontwaken p. 95) met elkaar verbonden.

Nassim Haramein versus Einstein
Zijn theorie heeft inderdaad veel weg van die van Albert Einstein (De Verenigd Veldtheorie). Echter Haramein gaat verder waar Einstein is gestopt. Zo sprak Einstein bijvoorbeeld over de gekromde ruimte als gevolg van massa; Nassim laat tijdens zijn lezing zien dat ruimte niet alleen kromt maar bovendien spint. Dit verklaart tevens bovengenoemde fenomenen, waar de gewone natuurkundige wetenschapper nog geen antwoord op gevonden heeft en die zwarte materie wordt genoemd. Bovendien heeft Nassim aan slechts twee krachten genoeg (in tegenstelling tot de huidige vier) om de ‘natuur’ te verklaren: een uitbreidende- en een samentrekkende kracht. Zijn theorie legt daarmee de basis voor een veel krachtigere en betekenisvollere wetenschap.

Om de wereld te veranderen gaat het nog steeds om de scholing van de individuele ziel. Of met andere woorden hoe kunnen we in de pas lopen met de Heilige Geometrie, of ook wel de driehoek van Pythagoras genoemd. We moeten ons ervan bewust worden dat we de schepper van onze eigen realiteit zijn. De driehoek van Pythagoras bevat de blauwdruk van het universum en brengt het reflexieve bewustzijn (5D-concept, Kwintessens) tot uitdrukking.

De beide tegengestelde tetraëders verbinden ‘Hemel en Aarde’, ‘Goed en Kwaad’, ‘Wat en Hoe’ en vormen samen een stertetraëder. Het bovenste plaatje toont hoe beiden precies in een bol passen.
Het is juist de kwantumverstrengeling, de in het universum ingebakken dualiteit (dichotomieën) die de evolutie van de persoonlijke ziel, de zelfverwerkelijking mogelijk maakt.

De stertetraëder (stertetraheder) combineert de mannelijke en de vrouwelijke energie, met name de mate van extraversie (Big Five). Het brengt het complementariteitsprincipe tot uitdrukking. De kubus is complementair aan de octaëder, 'Aarde versus Lucht'; Malkuth versus 'Hod, Jesod en Netsach'.

De RK kerk verbood de kennis omtrent de Heilige Geometrie, maar het boek Numeri gaat daar wel uitgebreid op in.
In het Ashmolean Museum te Oxford kunnen de volgende vijf objecten worden bewonderd (Cursus: Hoe ontstaat de Flower of Life?)
Tom de Booij 15. De Platonische vormen:

     Blavatsky Deel I, p. 228:
Tetraëder4gelijke vlakkenVUURAziluthBinah, Kether en Cockmah
Icosaëder20gelijke vlakkenWATERBriahGeburah, Tiferet en Chesed
Octaëder8gelijke vlakkenLUCHTYetzirahHod, Jesod en Netsach
Kubus6gelijke vlakkenAARDEAssiahMalkuth
Dodecaëder12gelijke vlakkenETHER 

Thales van Milete beschouwde het water als het oer-element; Anaximenes de lucht; Heraclitus het vuur; de Eleaten de aarde. Empedocles was vooral de man die uit voorafgaande stelsels het beste trachtte te halen en tot een eenheid te verenigen. Hij stelde deze elementen gelijk aan elkaar, en komt zo tot de leer van de vier elementen: aarde, water, lucht en vuur. Deze verschillen kwalitatief, zijn eeuwig, en kunnen zich in verschillende verhoudingen met elkaar verenigen om het aanschijn te geven aan de wereld om ons heen.

DRUNVALO MELCHIZEDEK KUBUS VAN METATRON EN DE PLATONISCHE LICHAMEN
Als wij naar de getallen binnen de Platonische Vormen kijken dan zien we een interessante symmetrie.
- De tetraëder heeft 4 hoeken, 4 vlakken en 6 zijden.
- De octaëder heeft 6 hoeken, 8 vlakken en 12 zijden.
- De kubus heeft 8 hoeken, 6 vlakken en 12 zijden.
- De dodecaëder heeft 20 hoeken, 12 vlakken, 30 zijden.
Verbind je de middelpunten van de dodecaëder dan krijg je een icosaëder die 12 hoeken heeft, 20 vlakken en 30 zijden kent.
Volgens de Oude Mysterie Scholen en ook volgens Pythagoras stond de tetraëder of piramide voor het element vuur, of het nu drie, vier of vijf zijden had. Piramide betekent "vuur in het midden".
De kubus staat voor aarde oftewel materie; de octaëder voor lucht; de icosaëder voor water; de dodecaëder voor ether. De bol staat voor leegte.
De wijzen uit de Oudheid zeiden dat het Universum uit zes elementen opgebouwd is: leegte, vuur, aarde, lucht, water en ether. En ieder van deze elementen hebben een vorm die daarmee overeenkomt, zoals met alles. In dit geval zijn het de primaire vormen van het Universum.\\ Dus deze zes vormen: de bol, de tetraëder, de kubus, de octaëder, de dodecaëder en de icosaëder zijn de grondbeginselen van de aloude geometrische code en de universele bouwstenen van het leven, waar dan ook.
Deze oude geometrische vormen komen overal in ons leven tegenkomen, in sneeuwvlokken en kristallen, in atoomstructuren en in celdeling.\\ De oude Meesters laten ons zien hoe reizigers van verafgelegen sterrenstelsels een diepere kennis hebben van de geheime coderingen binnen de stertetraëder, van bewegingen om zichzelf door ruimte en tijd te verplaatsen.

Platonische lichamen
Frank Chester raakte aanvankelijk gefascineerd door de geometrie van het menselijk hart. Ons hart bestaat uit twee delen van ieder twee kamers. Het rechter deel pompt zuurstofarm bloed rechtsom (clockwise) naar de longen, terwijl het linker deel het zuurstofrijke bloed vanuit de longen linksom (counter-clockwise) de aorta inpompt. In ons hart komt de levenskracht Vuur tot uitdrukking, die overeenkomst met de 3D-vorm van de tetraëder. Snijden we van iedere punt van de tetraëder halverwege een kleinere tetraëder af, dan houden we in het midden een octaëder over. Deze 3D-vorm correspondeert met de levenskracht Lucht (of het element metaal), wat tot uitdrukking komt in onze longen. Snijden we van iedere punt van de octaëder een piramide af, dan houden we een hexaëder of kubus over. Deze 3D-vorm correspondeert met de levenskracht Aarde (of het element grond), wat tot uitdrukking komt in onze milt. Snijden we van iedere punt van de hexaëder vervolgens weer een tetraëder af, dan houden we opnieuw een octaëder over. Zo zien we dat de hexaëder en de octaëder beurtelings in elkaar over gaan. Door echter de zijden van de hexaëder in te drukken, veranderen deze 12 zijden uiteindelijk in de 12 vlakken van de dodecaëder. Deze 3D-vorm correspondeert met de levenskracht Aether (of het element hout), wat tot uitdrukking komt in onze lever. In het Sanskriet wordt deze levenskracht Akasha genoemd. Net als de hexaëder en de octaëder, zo gaan ook de dodecaëder en de icosaëder beurtelings in elkaar over (door de hoeken eraf te snijden of deze hoekpunten plat te drukken). De icosaëder correspondeert met de levenskracht Water, wat tot uitdrukking komt in onze nieren.

TetraëderVuur / vuurhart / dunne darm / bloedvaten
OctaëderLucht / metaallongen / dikke darm / huid
DodecaëderAether / houtlever / galblaas / zenuwstelsel
HexaëderAarde / grondmilt / alvleesklier / maag / spieren
IcosaëderWater / waternieren / blaas / beendergestel

De Geheime Leer Deel II Stanza 4 Schepping van de eerste rassen (p. 118):
De onderstaande parallel lopende volgorde kan men vinden in de evolutie van de elementen en van de zintuigen; of in de kosmische aardse ‘mens’ of ‘geest’ en de sterfelijke stoffelijke mens:
1. ether Gehoor geluid
2. lucht Tastzin geluid en tastzin
3. vuur of licht Gezicht geluid, tastzin en kleur
4. water Smaak geluid, tastzin, kleur en smaak
5. aarde Reuk geluid, tastzin, kleur, smaak en reuk

 Blavatsky Deel III, p. 514:  
 VuurLuchtWaterAarde
 Lente (Oost)Zomer (Zuid)Herfst (West)Winter (Noord)
 Tastzin (voelen, Huid)Gezicht (zien, Ogen)Smaak (proeven, Tong)Reuk (ruiken, Neus)
 KindsheidAankomende leeftijdVolwassenheidOuderdom
I.K. Taimi (1)HuidOogTongNeus

1) Dr. I.K. Taimni boek De Yoga-Sutra’s van Pantanjali (p. 281)

H.P. Blavatsky: De Geheime Leer Deel I Stanza 5 Fohat: kind van zevenvoudige hiërarchieën (p. 152):
Wat zegt de esoterische leer over het vuur? Volgens deze ‘is vuur de meest volmaakte en zuivere weerspiegeling, zowel in de hemel als op aarde, van de ENE VLAM. Het is leven en dood, de oorsprong en de bestemming van alle stoffelijke dingen. Het is goddelijke SUBSTANTIE.’ En zo tonen niet alleen de VUURAANBIDDERS, de parsi’s, maar zelfs de zwervende primitieve stammen van Amerika, die verkondigen dat ze ‘uit het vuur zijn geboren’, in hun geloof meer wetenschap en in hun bijgeloof meer waarheid dan men vindt in alle speculatieve beschouwingen van de hedendaagse natuurkunde en geleerdheid.
De Geheime Leer Deel I, hoofdstuk De voorvaderen van de mens op aarde (p. 242):
In de Zohar – die, in de vorm zoals die nu door Moses de Leon met de hulp van Syrische en Chaldeeuwse christelijke gnostici in de XIIIde eeuw was gerangschikt en opnieuw uitgegeven, en nog later door veel christenen is verbeterd en herzien, maar weinig minder exoterisch is dan de bijbel zelf – verschijnt dit goddelijke ‘voertuig’ niet meer zoals in het ‘Chaldeeuwse boek van de getallen’. Het is waar dat Ain-Soph, het ABSOLUTE EINDELOZE NIET-IETS, ook de gedaante van de ENE, de gemanifesteerde ‘hemelse mens’ (de EERSTE OORZAAK) gebruikt als zijn strijdwagen (mercabah in het Hebreeuws; vahan in het Sanskriet) of voertuig om in de wereld van de verschijnselen af te dalen en zich daarin te manifesteren. Maar de kabbalisten maken niet duidelijk hoe het ABSOLUTE iets kan gebruiken of een functie kan uitoefenen, omdat het als het Absolute geen eigenschappen heeft.
Evenmin verklaren zij dat het in werkelijkheid de eerste Oorzaak () is, de oorspronkelijke en eeuwige IDEE, die zich manifesteert door Adam Kadmon, de tweede logos om zo te zeggen. In het ‘Boek van de Getallen’ wordt uitgelegd dat EN (of Ain, Aior) het enige zelfbestaande is, terwijl zijn ‘diepte’ (bythos of buthon van de gnostici, propator genoemd) alleen maar periodiek bestaat. De laatstgenoemde is Brahma, de differentiatie van Brahma of Parabrahm. Het is de diepte, de bron van het licht, of propator, die de ongemanifesteerde logos of de abstracte idee is, en niet Ain-Soph, waarvan de straal Adam-Kadmon – of de gemanifesteerde logos (het objectieve Heelal), ‘mannelijk en vrouwelijk’, – gebruikt als voertuig om zich daardoor te manifesteren. Maar in de Zohar lezen wij de volgende tegenstrijdigheid: ‘Senior occultatus est et absconditus; microprosopus manifestus est, et non manifestus.’ (Rosenroth; Liber Mysterii, IV, 1.) Dit is onjuist, omdat microprosopus of de microkosmos alleen tijdens zijn manifestaties kan bestaan, en tijdens de maha-pralaya’s tenietgaat. Rosenroth’s Kabbala is geen leidraad, maar heel vaak een raadsel.
311: Elk voortbrengen vond plaats als gevolg van scheiding. Uit de ideos werden de elementen vuur, water, lucht en aarde voortgebracht, waarvan de geboorte echter niet plaats vond in materiële zin of door een eenvoudige scheiding, maar door geestelijke en dynamische, niet eens ingewikkelde combinaties, bijvoorbeeld mechanische vermenging in tegenstelling tot chemische verbinding – evenals er vuur uit een steentje kan komen, of een boom uit een zaadje, hoewel er oorspronkelijk geen vuur in het steentje en geen boom in het zaadje aanwezig waren.
280: Voorzover wij weten, is VUUR misschien zuiver AKASA geweest, de eerste materie van het magnum opus van de scheppers en ‘bouwers’ – dat astrale licht, dat de paradoxale Eliphas Lévi in één adem ‘het lichaam van de heilige geest’ en dan ‘Baphomet’, de ‘androgyne geit van Mendes’41 noemt; LUCHT, eenvoudig stikstof, ‘de adem van de dragers van de hemelkoepel’, zoals de mohammedaanse mystici haar noemen; en WATER, dat oorspronkelijke fluïdum dat volgens Mozes nodig was om er een levende ziel mee te maken. En dit kan de opvallende tegenstrijdigheden en onwetenschappelijke beweringen verklaren, die men in Genesis aantreft. Als men het eerste hoofdstuk scheidt van het tweede, het eerste leest als een geschrift van de elohisten en het tweede als een van de veel latere jehovisten, en als men tussen de regels door leest, dan vindt men steeds dezelfde volgorde waarin de geschapen dingen verschijnen – namelijk vuur (licht), lucht, water en DE MENS (of de aarde).
41) Eliphas Lévi omschrijft het terecht als ‘een kracht in de Natuur’, door middel waarvan ‘één enkel mens die haar kan beheersen . . . de wereld in verwarring zou kunnen brengen en haar aangezicht veranderen’; want het is het ‘grote geheim van de transcendentale magie’. Als wij de woorden van de grote westerse kabbalist citeren (zie de vertaling in The Mysteries of Magic, door A. E. Waite), kunnen wij die misschien het best verklaren door er hier en daar een paar woorden aan toe te voegen, om het verschil te laten zien tussen de westerse en de oosterse uitleg over hetzelfde onderwerp.
Geheime Leer Deel I, hoofdstuk 5 Over de verborgen godheid, haar symbolen en tekens (p. 387):
Laten wij terugkeren tot de kabbalistische godheid. Deze verborgen eenheid is אין סוף = τὸ πᾶν = ἄπειρον, eindeloos, grenzeloos en nietbestaand, אין zolang het Absolute in oulom is, de grenzeloze en onbeperkte tijd; als zodanig kan En-Soph niet de schepper of zelfs de vormgever van het Heelal zijn, en ook niet aur (licht). Daarom is En-Soph ook duisternis. Het onveranderlijke Oneindige en het absolute grenzeloze kan niet willen, denken of handelen. Om dit te doen moet het eindig worden en dat doet het doordat zijn straal het wereld-ei – de oneindige ruimte – binnendringt en daaruit tevoorschijn komt als een eindige god. Dit alles wordt overgelaten aan de straal die latent is in het éne. Wanneer de tijd daarvoor aanbreekt, laat de absolute wil de kracht binnenin zich op natuurlijke manier groeien, volgens de wet waarvan hij de innerlijke en diepste essentie is. De Hebreeën namen het symbool van het ei niet over, maar vervingen het door de ‘dubbele hemelen’, want als men de zin ‘God schiep de hemelen en de aarde’ juist vertaalt, luidt deze: ‘In en uit zijn eigen essentie als moederschoot (het wereld-ei) schiep God de twee hemelen’. Maar de christenen hebben als symbool van hun heilige geest de duif gekozen.
‘Ieder die zich op de hoogte stelt van דה, de mercaba en de lahgash (geheime spraak of bezwering), zal het geheim van de geheimen leren.’ Lahgash komt in betekenis nagenoeg overeen met Vâch, de verborgen kracht van de mantra’s.
De Geheime Leer Deel I, hoofdstuk 13 De vier elementen (p. 505):
Want het lichaam van de ether is nog niet volledig gemanifesteerd en zijn noumenon is nog ‘de almachtige Vader – Aether, de synthese van de rest’. Maar wat zijn deze ‘elementen’, in de samengestelde lichamen waarvan de scheikunde en natuurkunde nu talloze sub-elementen hebben ontdekt, die zelfs met hun zestigen of zeventigen niet meer het vermoedelijke totale aantal omvatten? (Zie Aanhangsel, § XI en § XII, aanhalingen uit de lezingen van Crookes.) Laten wij hun evolutie volgen, tenminste vanaf het historische begin.
Plato heeft de vier elementen volledig gekarakteriseerd toen hij zei dat zij dat waren ‘wat de samengestelde lichamen samenstelt en ontbindt’.

Ether staat voor de natuurlijke reflectie, die in de vijf Platonische lichamen door de getallensymboliek tot uitdrukking wordt gebracht. De Aarde, de Kubus (ruimtelijk figuur) met 6 gelijke vlakken is de helft van Ether, de dodecaëder (Plato, Thimaeus) met 12 gelijke vlakken. Met twaalf regelmatige vijfhoeken kan in drie dimensies een dodecaëder worden gevormd.
Binnen een pentagoon kan een pentagram worden getekend. In het centrum van het pentagram ontstaat een nieuw pentagoon. Het recursieproces brengt de manifestatie van de gelijkvormigheid tot uitdrukking.
De diagonaal Vuur (Tetraëder met 4 gelijke vlakken) versus Water (Icosaëder met 20 gelijke vlakken) staat voor de Macrokosmos en Microkosmos. Vuur en Water samen hebben 24 vlakken, het dubbele van Ether.

Leo van den Haak Begrijp dat je leeft!
Wenst u enige notie van God? Stel u dan een punt X voor. Punt X bevat een hoeveelheid energie miljarden malen groter dan die, die we zien verdwijnen in de zogenaamde zwarte gaten van het heelal. Punt X bevat - evenals een zaadje een oerwoud kan bevatten ofwel voortbrengen - actueel alles wat de mens kent; .... en zelfs nog veel meer dan dat. Punt X straalt deze energie uit naar alle richtingen en schept daarbij in eerste instantie alle actualiteiten om deze langzamerhand te "verdichten". Deze energie spuit door de vier werelden die de Hebreeën opvolgend noemden: Atsiluth, Briah, Jetsirah en Assiah. De mens veronderstelt uitsluitend te leven in Assiah.

Walpola Rahula schrijft in zijn boek Wat de Boeddha onderwees dat vanuit het principe van voorwaardelijkheid, relativiteit en onderlinge afhankelijkheid, wordt het hele bestaan – de voortgang van het leven en de beëindiging ervan – in een gedetailleerde formule uitgelegd die Paticca-samuppada ‘afhankelijk ontstaan’ wordt genoemd en die uit twaalf factoren of schakels bestaat.
Dit is hoe het leven ontstaat, bestaat en voortgaat. Wanneer we echter deze keten in omgekeerde volgorde nemen komen we tot het beëindigen van dit proces. Door het opheffen van onwetendheid stoppen de wilshandelingen of het ontstaan van karma.
Het gaat totaal om 24 schakels, de wisselwerking tussen Vuur en Water.

Alle elementaire deeltjes zijn bosonen of fermionen. Deeltjes met halftallige spin zijn fermionen, en deeltjes met heeltallige spin zijn bosonen.
De twaalf fermionen worden in het algemeen met materie geassocieerd en de bosonen met de fundamentele krachten.

====

Tetraëder (Gebroken symmetrie, Wet van evolutie, Chaostheorie)

Voor fotonen geldt hetzelfde als voor neutronen, synapsen, gedachten en gevoelens (communicatie) ze verschijnen en verdwijnen. Gedachten en emoties hebben een eigen 'trillingspatroon'. Een trommel klinkt zuiver als het trillingspatroon, veroorzaakt door de verzameling tonen die hij voortbrengt, overeenkomen met een van de Chladni-patronen.

Dr. Saskia Bosman Biogeometrie, DNA, Vormvelden en Resonantie:
De Engelse bioloog Rupert Sheldrake heeft de theorie van de morfogenetische (vormgevende of vorm-) velden ontwikkeld. Zodra een fysisch, (bio-)chemisch, biologisch of gedragsmatig proces voor het eerst plaatsvindt, wekt dit rond de gehele Aarde een energieveld op, dat het vanaf dat moment gemakkelijker maakt, datzelfde proces weer te doen plaatsvinden. Dit versterkt het morfogenetisch veld, waardoor het nog gemakkelijker wordt, enzovoorts. (8,9) Zouden deze, op de dodecaëder gebaseerde velden die de Phi-verhouding bevatten, ook morfogenetische velden kunnen zijn, en wel van onvoorwaardelijke, universele Liefde?

Een tetraëder kan door middel van rotatie in 12 verschillende posities worden geplaatst. Deze worden hiernaast geïllustreerd hierboven in een cyclische graaf, samen met de 180° (blauwe pijlen) en de 120° (rode pijlen) rotaties, die de tetraëder door de twaalf posities permuteren. De 12 rotaties vormen de symmetrische rotatiegroep van de figuur.
De samenstelling van twee spiegelingen in twee snijdende lijnen is gelijk aan de rotatie om het snijpunt van deze twee spiegellijnen over een hoek twee keer zo groot als de gerichte hoek van de eerste naar de tweede spiegellijn.

SisyPhus De MultiVersele Creatie door Negentropie in correlatie met de vier niveau's van de Ka-Ba-Lah.
De MetaTRON-paradox met het lineaire BUITEN naar BINNEN "programmering & uitvoering" in "contrast" met de non-lineairiteit van het "Ongemanifesteerde" Reflektieve BINNEN naar BUITEN.
De vier niveau's (Vier oorzaken-leer van Aristoteles) van de Ka-Ba-Lah (Voertuig, Dierlijk-astrale Ziel, Ziel en Geest) kan in correlatie gezet worden met de vier vortexen van MetaTRON.
De Ka-Ba-Lah kent vier niveau's, die ik "projecties" noem, of "blauwdrukken" - dat echt heel veel consequenties heeft voor ons zelf. Er is heel veel mee gerotzooid, vooral door de occultisten Crowley en Blavatsky, die best wel veel kennis hadden - maar zichzelf verloren in de duisternis, in het satanistische en de sinistere kant van het bestaan - zonder het goed te beseffen, naar mijns insziens juist door het "occultisme" en de "doctrines" (tekenent voor het "blanke ras"). Ik heb mijn voorkeur voor Dion Fortune, die helaas zelfmoord pleegde, omdat zij, zoals ik dat zie, een besef kreeg, dat zij in deze Aarde-matrix, deze gevangenis van MetaTRON, niets kon uitvoeren tegen de onstellende ontsporingen der mensen en het "godsdienst/vrijmetselarij" establishment. Zij was, net zoals Rudolph Steiner, haar "tijd ver vooruit".
We "zien, horen, ruiken, proeven en tasten" in EEN VORTEX van "NU's", ieder van ons individueel. Aangezien we in een dubbele structuur leven, is die VORTEX gekruist met een VORTEX ertegen in, dus er zijn "tegen Nu's": "horizontaal". Komt er ook nog bij, dat de VORTEX en tegen VORTEX van "boven" naar "beneden" ook gekruist wordt, met een VORTEX naar "beneden" en dien-te-gevolge een VORTEX naar boven. Dit heeft ons in een metafisisch gezien in een Hexadron "buiten ons" en een Octahederon "binnen" ons gezet, beiden zijn manifestaties van de twee gekruisde en gespiegelde tetrahederons: de halve Mer-Ka-Ba. We kunnen geometrisch al de generatieve, formatieve en re-generatieve principes uithalen, als de functie van het "Morfo-Genetisch Veld", waarvan elk object een holografische afdruk van is, het "Causale Formatieve Principe".
Laat ik dit eens trachten te identificeren - dankzij het werk van Stan Tenen van MERU - die door zijn fotografische geheugen en gebrekkige hebreeuws een belangerijke relatie zag tussen de 2 dimensionale pictogrammen en de nummerologische betekenis in hogere dimensies ontwaarde! De 2 dimensionale pictogrammen (alleen medeklinkers) vormen tesamen een 3 dimensionale a-symmetrische vortex. Hij haalde daar de Tetrahederon uit, in relatie met de 3-Torus (Donut) voor de 7 cyclische gebieden dat overeen komt met de 7-spin-as rotatie (symmetrisch dus) van de Tetrahederon. Het patroon manifesteert als een spiraalvormige structuur - net zoals DNA.

Pascal's triangle has higher dimensional generalizations. The three-dimensional version is called Pascal's pyramidor Pascal's tetrahedron, while the general versions are called Pascal's simplices. De driehoek van Pascal is een rangschikking van de binomiaalcoëfficiënten in rijen voor toenemende n beginnend met n=0 en op elke rij de n+1 binomiaalcoëfficiënten voor de mogelijke waarden van k. In de driehoek komt de eigenschap tot uitdrukking dat elke binomiaalcoëfficiënt de som is van de twee bovenliggende. De driehoek is genoemd naar de Franse wiskundige Blaise Pascal (1623 - 1662), die de eerste was die er mee rekende. De getallen in de driehoek geven het aantal wegen aan vanaf de top naar de plaats van zo'n getal, waarmee ook de besproken eigenschap verklaard is. Omdat er steeds 2 keuzen zijn om de weg naar onder te vervolgen is de som van de getallen op een rij de overeenkomstige macht van 2.

Stan Tenen noemde deze ‘speciale vorm’ in de tetraëder ‘de vlam in de tent’.

Het kan niet anders dan dat deze hi-tech kennis opzettelijk in de Bijbel is bewaard om door toekomstige generaties ontdekt te worden. Het Hebreeuwse alfabet is een handboek voor het scheppen van materie, het is een Heilige taal die bewust ontworpen is. Het derde boek van de Kabbala de ‘Sephir Yitzirah’ vermeldt het verhaal van God die de letters van het alfabet nam om de wereld te scheppen. Eeuwenlang hebben we dit idee belachelijk gemaakt en geloofd dat het een mythe was. Maar nu dat we een wetenschappelijke volwassenheid bereikt hebben, verbazen we ons over deze woorden omdat het Hebreeuwse alfabet inderdaad de blauwdruk blijkt te zijn van de materie. We kunnen nu ook de eerste zin uit het evangelie van Johannes begrijpen dat zegt:
Johannes 1-1 : In den beginne was het Woord, en het Woord was bij God, en het Woord was God.
2 Dit was in den beginne bij God.
3 Alle dingen zijn door Hetzelve gemaakt, en zonder Hetzelve is geen ding gemaakt, dat gemaakt is.

 

Platonische lichamen (1, 2, 3 en 4) 1: De schuine zijde van de octaëder is wortel2 lang (1kwadraat + 1kwadraat = 2 en daar de wortel van). De octaëder heet in de heilige geometrie het “Genererende” principe, de wortel2 transformatie. Het gaat als het ware de “grid” (de blauwdruk) neerleggen. Dit is de “core energie” van de Matrix! De wortel2, oftewel het genererende principe, is een product van de hoek van negentig graden. De hoek van negentig graden is de belangrijkste voor de overgang van de ene dimensie naar de andere. Deze hoek samen met de “eenheid”, maakt de wortel2 en in zijn essentie is dit de basis dimensie! Dit is de oh zo belangrijke hoek (winkelhaak) van de Masons! (vrijmetselaars). Alle andere hoeken zijn ondergeschikt aan deze negen(tig). Tezamen zijn ze de één: Alpha, en (negentig) is Omega.

De Chinese astrologie maakt van vijf elementen gebruik. Het pentagram kan staan voor het evenwicht van de vijf elementen of voor de vijf klassieke zintuigen: voelen, zien, ruiken, horen en proeven. Het pentagram heeft vijf gelijke hoeken van 36 graden, wat pythagorisch opgeteld weer het getal 9 oplevert.

 

Geluid, kleur, metalen en vorm: In hoofdstuk 2 van een electronisch boek van David Wilcock wordt in een tabel de relatie tussen kleur, geluid en vorm gegeven.
Links de relatie tussen vorm, kleur en muziek-toon in de vorm van een plaatje op basis van de gegevens in het boek van David Wilcock. De frequenties en vooral de kleuren verschillen van die in de tabel. De gegevens in de tabel zijn berekend puur op basis van gegevens uit de natuurkunde.
Met behulp van radiësthesie kan je tot andere resultaten komen.

 

Archimedes-spiraal



Sterrenstelsels hebben doorgaans een spiraalvormige, schijf- of bolvormige structuur, met daaromheen een bolvormige halo waarin de zwaartekracht ook nog invloed heeft.

Links Fibonacci spiraal (Golden spiral:)

 

Gulden snede en getallen van Fibonacci (Spiraal). Jan Wicherink Ontheemde Zielen Ontwaken (p. 66):
Een variant van de Gulden snede spiraal is de Fibonacci-spiraal.

Alexey Stakhov Fibonaccization of modern science.
THE MATHEMATICS OF HARMONY.
Alexey Stakhov THE MATHEMATICS OF HARMONY From Euclid to Contemporary Mathematics and Computer Science

Dan Visser: In my detailed prediction I conclude the discovery of "torus-fractals". These are spinning donut-shaped particles below the Plancklength, which emerge into reality as entangled information above the Plancklength. This is the recalculation of quantum-mechanics. A torus-fractal (the donut), is rotating in three time directions: a slice-donut-rotation is 1T, the donut-rotation itself is 2T and the donut-rotation over its centre-point is 3T. This process is needed to overcome the problem of 1T-timeflow of the Big Bang, which does not fit the quantum-mechanics (in which 2T is required). The darkfield-process evolves into a holographic torus universe to replace the Big Bang.

En wat is juist de functie van negentropie?
“Negentropie als het principe van "zelf-organisatie".
De Negentropie als het principe van "zelf-organisatie" heeft een schijnbare "vertraging", in die zin dat de "zelf-organisatie" in de laagste entropie-staat PASSIEF is en in de Negentropie-staat ACTIEF is. Chaos is een "instabiel" principe, dat valt naar Kosmos, het "stabiele" principe (denk aan de Chreode van Waddington). Chaos wordt gezien als een "willekeurig onvoorspelbaar proces" en het heeft een oneindig aantal "snelheids effecten" (frequentie-tonen), namelijk in a-symmetrische vortex turbulenties. Ik beschouw "materie" als "uitgekristaliseerde soliton chaos". Geen enkele vorm is perfect symmetrisch, maar de symmetrie kan wel indirect van afgeleid worden (zie: geometrie). Hoe symmetrischer een vorm is, hoe kunstmatiger het is. De Universele Natuur is Chaos, met verschillende Vortexiale Snelheden (tonen), waarbij middels entropie Kosmos bestaat als schijnbaar "tegengesteld". De stroom van complexe causaliteiten, met schijnbare a-causaliteiten is de uitkristalisatie van de Negentropie en is de ordening van Informatie, waaruit indirect het "ongemanifesteerde" afgeleid kan worden, het is "verborgen" of zelfs bewust "geheim gehouden". Het "reflecteert" in de "materie".
Ervin Laszlo hierover:
“Als er aanwijzingen zijn dat dingen elkaar beïnvloeden op afstand, ook in de tijd, dan is de logische intuïtie en de logische aanname dat zij op de een of andere manier zijn verbonden. De meest eenvoudige hypothese is die van een veld. Een veld is iets dat we niet als zodanig waarnemen; we nemen slechts de gevolgen ervan waar. Een veld is iets waarbij een beweging of verandering in één stuk ervan meteen een beweging of verandering in de andere delen tot gevolg heeft. ‘Dit veld draagt geen energie in de gewone betekenis, want geen van de mogelijke manieren van energiemeting levert iets op. Het draagt informatie. Maar geen abstracte informatie, kennis die alleen in ons hoofd zit. Deze informatie heeft effect. De natuurkundige David Bohm sprak van ‘in-formatie’ – de informatie formeert de ontvanger. Dat gebeurt niet door kinetische energie – door duwen of trekken – maar door de boodschap. De boodschap zelf vormt. Het nieuwe element in de wetenschap is dat werkzame en subtiele informatie ten grondslag ligt aan het heelal en aan alle verschijnselen van leven.”

Quantum Computation in Brain Microtubules?
Decoherence and Biological Feasibility S. Hagan, S. R. Hameroff, J. A. Tuszyński (Submitted on 4 May 2000)
The Penrose-Hameroff (`Orch OR') model of quantum computation in brain microtubules has been criticized as regards the issue of environmental decoherence. A recent report by Tegmark finds that microtubules can maintain quantum coherence for only $10^{-13}$ s, far too short to be neurophysiologically relevant. Here, we critically examine the assumptions behind Tegmark's calculation and find that: 1) Tegmark's commentary is not aimed at an existing model in the literature but rather at a hybrid that replaces the superposed protein conformations of the `Orch OR' theory with a soliton in superposition along the microtubule, 2) Tegmark predicts decreasing decoherence times at lower temperature, in direct contradiction of the observed behavior of quantum states, 3) recalculation after correcting Tegmark's equation for differences between his model and the `Orch OR' model (superposition separation, charge vs. dipole, dielectric constant) lengthens the decoherence time to $10^{-5} - 10^{-4}$ s and invalidates a critical assumption of Tegmark's derivation, 4) incoherent metabolic energy supplied to the collective dynamics ordering water in the vicinity of microtubules at a rate exceeding that of decoherence can counter decoherence effects (in the same way that lasers avoid decoherence at room temperature), and 5) phases of actin gelation may enhance the ordering of water around microtubule bundles, further increasing the decoherence-free zone by an order of magnitude and the decoherence time to $10^{-2} - 10^{-1}$ s. These revisions bring microtubule decoherence into a regime in which quantum gravity can interact with neurophysiology.

A.L.B. Rutten Homeopathie en wetenschap
De invloed van het schudproces is ook experimenteel bevestigd bij het uitzenden van fotonen door algen (Gonyaulax polyedra). Hier zien we een significant verschil tussen geschud en niet-geschud zeewater als medium (Tschulakow AV, Yan Y, Klimek W. A new approach to the memory of water. Homeopathy 2005;94:241-7). Een mogelijke verklaring zou het ontstaan van soliton golven door het schudden kunnen zijn. Dergelijke golven kunnen jarenlang intact blijven. Zie ook de Heriot-Watt University.

Lexicon van Methoden en Techieken van Psychologisch onderzoek.
Een zintuig is een gespecialiseerd orgaansysteem dat een organisme in staat stelt tot perceptie van bepaalde voor het zintuig specifieke stimuli.
In de non-remslaap laat het EEG langzame golfbewegingen zien met frequenties van 4-13 Hz en maken de ogen langzaam rollende bewegingen.
Slapen is een manier om leren beter te laten verlopen.
De bedenkers van de bioresonantie methode beweren dat ieder orgaan een specifieke elektromagnetische trillingsfrequenties heeft. Bij ziekte zouden deze trillingen verstoord zijn. De trillingen zouden vermoedelijk van elektromagnetische aard zijn[2].

====

Dodecaëder (5Ddenkraam, Eeuwige wederkeer, Recursie, Gelijkvormigheid, Tijdsymmetrie)

Timeless Epiphany (Theodore St. John Quest magazine, September/October 2005, (p. 175-179):
When we try to pin down the
origin of the time-flux in our perceptions we encounter the same tangle of paradox and confusion that greets attempts to understand the self, and it is hard to resist the impression that the two problems are really closely related. I strongly believe that it is the 'whirling vortex of self-reference' which produces what we call consciousness and self-awareness that drives the psychological time-flux. It is for this reason I maintain that the secret of mind will only be solved when we understand the secret of time.
Paul Davies,
God and the New Physics
The only difference between the two measurements is the
frame of reference. If the observer is in the same frame as the wave, there is no relative motion between the observer and the wave, so the only change that can be measured is the change in space, for example, from the beginning to the end of the wave. In this case, the wave cannot be used to measure time. A second frame of reference, one that moves relative to the first, is required for the wave to change in time.
To illustrate this, look at the wave pattern in figure 1. It is stationary in your
frame of reference, so there is no way to use it as a time standard. It can be used to measure a unit of space because you can see where the wave crosses the grid lines. I could now define one unit of space as the distance between one cross-point and the next. Distance is, of course, an amount of space, and defining space as a measure of space is circular reasoning. But that circularity can be avoided by saying that a unit of space is the difference or change between one cross-point and the next.

Materials science of quasicrystals
Since the original discovery of Dan Shechtman, hundreds of quasicrystals have been reported and confirmed. Undoubtedly, the quasicrystals are no longer a unique form of solid; they exist universally in many metallic alloys and some polymers.
In theory, there are two types of quasicrystals.[32] The first type, polygonal (dihedral) quasicrystals, have an axis of eight, ten, or 12-fold local symmetry (octagonal, decagonal, or dodecagonal quasicrystals, respectively). They are periodic along this axis and quasiperiodic in planes normal to it. The second type, icosahedral quasicrystals, are aperiodic in all directions.

H.J. van Ginkel De Groote Pyramide - De vijfpuntige ster het geometrisch symbool der Groote Pyramide.
Sedert onheuglijke tijden is dit symbool een schitterende aanduider van grootsche en edele waarheden geweest en een plechtig zinnebeeld van belangrijke plichten.
De geometrische betekenis er van is echter sinds lang uit het oog verloren. Men zegt dat zij het zegel van Koning Salomo vormde en in oude tijden, was zij onder de Joden als een symbool van veiligheid bekend. Zij was het Pentalpha van Pythagoras, en het Pythagoreesche zinnebeeld van de gezondheid.
Welke reden, zoo vraagt men zich af, kunnen de bouwers van de Groote Pyramide gehad hebben om dezen hoek aan de Pyramide te geven, en waarom zij niet van elk der zijvlakken een gelijkzijdigen driehoek maakten? Het eenige wat wij kunnen veronderstellen is, dat zij wisten dat de aarde een bol was; dat zij een gedeelte van een harer grootcirkels opgemeten hadden; en dat zij door het waarnemen van de beweging der hemellichamen over de oppervlakte der aarde, haar omtrek hadden bepaald, en dat zij nu begeerig waren een mededeeling omtrent dien omtrek na te laten, welke zoo nauwkeurig en onvergankelijk was als het voor hen mogelijk was te construeeren. Zij namen aan dat de aarde een volkomen bol was; en daar zij wisten dat de straal van een cirkel zich op bepaalde wijze moet verhouden tot den omtrek, zoo bouwden zij een Pyramide van een hoogte die in zoodanige verhouding tot haar grondvlak stond, dat de loodrechte hoogte gelijk zou zijn aan den straal van een cirkel waarvan de omtrek gelijk was aan den Perimeter van het basisvlak. Om dit te volvoeren maakten zij de zijvlakken van de Pyramide zoodanig dat deze een hoek met het grondvlak vormden van 51° 51′ 14″ (indien wij dezen hoek lieten bepalen volgens de hedendaagsche wetenschap). Wij kunnen ons nauwelijks denken dat de bouwers van de Pyramide zulk een nauwkeurige gissing konden maken; maar indien zij bij het bouwen der Pyramide zulk een doel op het oog hadden als wij veronderstelden, zou de hoek die het opgaande vlak met het grondvlak maakt vrijwel die van 51° 51′ 14″ nabij komen. Nu heeft men bevonden dat de hoek van de deksteenen werkelijk 51° 50′ was. Kan er een meer overtuigend bewijs zijn dat de reden, welke wij opgaven van het bouwen van de Groote Pyramide de ware reden was die hare Bouwers bezielde?....
John Taylor. The Great Pyramid, blz. 19. Sect. 18. [119]

Dr. Saskia Bosman Biogeometrie, DNA, Vormvelden en Resonantie:
De Phi-verhouding vinden we terug in het pentagram; de vijfhoek of vijfpuntige ster (zie resonantieafbeelding, net onder het midden) in het platte vlak. Ruimtelijk uitgewerkt wordt deze een "bol" bestaande uit twaalf vijfhoeken; een pentagonale dodecaëder. Ik noem dit verder een dodecaëder, al zijn hier nog meer soorten van. Wiskundig vertonen de golven dus een relatie met het pentagram en met de dodecaëder. Hoe kun je nu frequenties in vormen omzetten? Dat lijkt een ingewikkelde zaak, maar wellicht kan de wetenschap van de Cymatica ons daar een antwoord op geven. Deze is ontwikkeld door de Zwitserse arts Hans Jenny, die op foto en film vastgelegd heeft hoe vloeistoffen, zeepbellen en poeders geometrische en organische vormen kunnen aannemen, waaronder de dodecaëder, onder invloed van geluid en magnetische velden. (7)
Het interessante is nu, dat de dodecaëder op allerlei niveau's in allerlei grootten is terug te vinden. Wanneer je dodecaëders opeenstapelt, deels in elkaar geschoven, kun je langs de ribben twee spiraliserende lijnen trekken, een zgn. dubbele helix, die meetkundig precies de vorm en verhoudingen heeft van het wenteltrapvormige DNA molecuul, met de sporten erbij, die de genetische code vormen! (zie resonantieafbeelding onderaan, naar Daniel Winter, verbeterd).

Jan Wicherink Ontheemde Zielen Ontwaken:
P. 84: Daniel Winter en David Wilcock interpreteerden deze Cymatica-experimenten en beiden zijn het er over eens dat de Platonische interferentiepatronen ook voorkomen in de ether en dat het deze interferentiepatronen zijn die het atoom vormgeven.
Daniel Winter presenteert een fysica die hij “implosiefysica” noemt. Hij concludeert dat het gehele universum, de materiële wereld, gecreëerd wordt uit een niet-materiële substantie, de ether. De ether is een soort supergeleidende vloeistof die door alle fysieke objecten heen vloeit. Het ethervacuüm is een extreem dicht maar tevens wrijvingsloos medium. Het beste laat de ether, die zelf niet materieel van aard is, zich vergelijken met de supergeleidende toestand van helium. Wanneer helium afgekoeld wordt tot een temperatuur van 2 graden Kelvin wordt het gas supervloeibaar, wat wil zeggen dat objecten zich door deze vloeistof heen kunnen bewegen zonder enige weerstand te ondervinden.

Volledige synthese (Bevrijding) drukt volmaaktheid uit. Het Christendom spreekt over de wijsheid voor de volmaakten, het Boeddhisme heeft het over volmaakte geestelijke gezondheid, het Taoïsme over spirituele volmaaktheid en de Islam spreekt over de volmaakte . De onvolmaaktheid van de mens op aarde staat in contrast (nous) met de volmaaktheid van God in de hemel. We kunnen ook zeggen de schijntegenstellingen op aarde staan tegenover de harmonie in de hemel of de imperfecte mens staat tegenover de perfectie in de natuur.
Het brengt de
éne eeuwige en absolute waarheid tot uitdrukking. De aardse ziel staat tegenover de hemelse geest, het innerlijke bewustzijn tegenover het non-lokale universele bewustzijn, het Akasha-veld.

Door zijn mathematische volmaaktheid (gulden snede) werd het pentagram het symbool van de wiskundige Pythagoras. Meetkundig gezien behoort een pentagram tot de familie van de sterveelhoeken.
The Pythagoreans called the pentagram ὑγιεία Hugieia ("health"; also the Greek goddess of health, Hygieia[11]), and saw in the pentagram a mathematical perfection (see Geometry section below).

Discipelen van Pythagoras konden het pentagram in één beweging tekenen. Door de gulden snede-verhouding kun je het symbool tot in het oneindige doortrekken.

Ether staat voor de natuurlijke reflectie, die in de vijf Platonische lichamen door de getallensymboliek tot uitdrukking wordt gebracht. De Aarde, de Kubus (ruimtelijk figuur) met 6 gelijke vlakken is de helft van Ether, de dodecaëder (Plato, Thimaeus) met 12 gelijke vlakken. Met twaalf regelmatige vijfhoeken kan in drie dimensies een dodecaëder worden gevormd.
Binnen een pentagoon kan een pentagram worden getekend. In het centrum van het pentagram ontstaat een nieuw pentagoon. Het recursieproces brengt de manifestatie van de gelijkvormigheid tot uitdrukking.
De diagonaal Vuur (Tetraëder met 4 gelijke vlakken) versus Water (Icosaëder met 20 gelijke vlakken) staat voor de Macrokosmos en Microkosmos. Vuur en Water samen hebben 24 vlakken, het dubbele van Ether. De interactie van Vuur en Water, via Lucht creëert de oerenergie Ether.

Tom de Booij 11. Het Droste blikje en de vijfster als fractals

Wicca is een religie gebaseerd op de natuur en op de mysterie die uitgaat van het goddelijke in alles. Wicca is een (min of meer) georganiseerde vorm van hekserij, maar dit betekent niet dat deze begrippen synoniem zijn.
Het pentagram is een belangrijk symbool binnen de Wicca en is het teken voor geloof, maar ook van de vijf elementen; Aarde, Water, Vuur en Lucht en het Opperelement.

H.P. Blavatsky: De Geheime Leer Deel I, Proloog (p. 35/36):
Het esoterische symbool van het kaliyuga is de omgekeerde vijfpuntige ster: ‘pentagram’ – het teken van tovenarij door de mens, met haar twee punten (horens) naar de hemel gericht, een stand die elke occultist zal herkennen als van de ‘linkerhand’ en die wordt gebruikt in de ceremoniële magie5.
5) Westerse wiskundigen en sommige Amerikaanse kabbalisten zeggen dat ook in de Kabbala ‘de waarde van de naam van Jehova die is van de middellijn van een cirkel’. Voeg hieraan toe dat Jehova de derde van de sephiroth, binah is, een vrouwelijk woord en u hebt de sleutel tot het geheim. Door bepaalde kabbalistische omzettingen wordt deze naam, die in de eerste hoofdstukken van Genesis androgyn is, na de vormverandering geheel mannelijk, Kaïnitisch en fallisch. Dat men een godheid kiest uit de heidense goden, deze tot een bijzondere nationale god maakt en deze aanroept als de ‘ene levende God’, de ‘God der goden’, en dan verkondigt dat deze verering monotheïstisch is, verandert deze godheid niet in het ENE beginsel waarvan de ‘eenheid geen vermenigvuldiging, verandering of vorm toelaat’, vooral niet in het geval van een priapische godheid zoals nu is bewezen dat Jehova is.
De Geheime Leer Deel I, STANZA III Het ontwaken van de kosmos (p. 108/109:):
Hamsa staat gelijk met a-ham-sa, drie woorden die betekenen ‘ik ben hij’, terwijl het woord op een andere manier verdeeld, ‘so-ham’, ‘hij (is) ik’ wordt gelezen – soham is gelijk aan sah, ‘hij’ en aham, ‘ik’, of ‘ik ben hij’. Alleen al hierin bevindt zich voor wie de taal van de wijsheid verstaat, het universele mysterie, de leer dat de essentie van de mens identiek is met de goddelijke essentie. Vandaar het teken van en de allegorie over kalahansa (of hamsa), en de aan Brahma (onzijdig, later aan de mannelijke Brahma) gegeven naam van ‘Hansa-vahana’, ‘hij die de hansa als zijn voertuig gebruikt’. Hetzelfde woord kan men ook lezen als ‘kalaham-sa’, of ‘ik ben ik’ in de eeuwigheid van de tijd, dat beantwoordt aan het bijbelse, of liever zoroastrische ‘ik ben die ik ben’. Dezelfde leer vindt men in de Kabbala, getuige het volgende uittreksel uit een niet uitgegeven handschrift van de geleerde kabbalist S. Liddell McGregor Mathers: ‘De drie voornaamwoorden אני ,אתה ,הוא, hoa, atah, ani – hij, gij, ik – worden in de Hebreeuwse Kabbala gebruikt om de denkbeelden van macroprosopus en microprosopus te symboliseren. Hoa, ‘hij’ wordt toegepast op de verborgen macroprosopus; atah, ‘gij’ op de microprosopus, en ani, ‘ik’ op laatstgenoemde wanneer hij al sprekende wordt weergegeven. (Zie Lesser Holy Assembly, 204 e.v.). Opgemerkt moet worden dat elk van deze namen uit drie letters bestaat, waarvan de letter aleph א, a, het einde van het eerste woord hoa vormt en het begin van atah en ani, alsof zij de verbindende schakel daartussen was. Maar א is het symbool van de eenheid en dus ook van het onveranderlijke denkbeeld van het goddelijke dat door al deze woorden werkt. Maar achter de א in de naam hoa staan de letters ו en ה, de symbolen van de getallen zes en vijf, het mannelijke en het vrouwelijke, het hexagram en het pentagram. En de getallen van deze drie woorden, hoa atah ani, zijn 12, 406 en 61, die door de Kabbala van de Negen Kamers – een vorm van de exegetische regel van Temura – worden samengevat in de sleutelgetallen 3, 10 en 7.’
De Geheime Leer Deel I, STANZA VI (p. 228 toelichting bij diagram):
De bovenste drie lagen zijn de drie hogere bewustzijnsgebieden, die in beide scholen alleen aan de ingewijden worden onthuld en verklaard. De onderste lagen geven de vier lagere gebieden weer – het laagste is ons gebied, of het zichtbare Heelal. Deze zeven gebieden corresponderen met de zeven bewustzijnstoestanden in de mens. Het is zijn taak om zijn eigen drie hogere toestanden af te stemmen op de drie hogere gebieden in de Kosmos. Maar voordat hij dit kan proberen, moet hij de drie ‘zetels’ ervan tot leven en activiteit opwekken.
247: (f) De vijfde groep is heel geheimzinnig, omdat zij in verband staat met het microkosmische pentagon, de vijfpuntige ster die de mens voorstelt. In India en Egypte werden deze Dhyani’s in verband gebracht met de krokodil, en hun verblijfplaats is in de Steenbok. In de astrologie van India zijn dit verwisselbare termen, omdat dit (tiende) teken van de Dierenriem Makara wordt genoemd, vrij vertaald ‘krokodil’. Het woord zelf wordt in het occultisme op verschillende manieren geïnterpreteerd, zoals later zal worden aangetoond. In Egypte werd de overledene – zijn symbool is het pentagram of de vijfpuntige ster, waarvan de punten de ledematen van de mens voorstellen – symbolisch voorgesteld als veranderd in een krokodil: sebakh of sevekh ‘of de zevende’ is, zoals Gerald Massey zegt – die aantoont dat dit het type van intelligentie was – in werkelijkheid een draak en niet een krokodil. Hij is de ‘draak van de wijsheid’ of manas, de ‘menselijke ziel’, het denkvermogen, het verstandelijke beginsel, in onze esoterische filosofie het ‘vijfde’ beginsel genoemd.
251: ‘Wanneer het zaad van de lichamelijke man is gestort in de vruchtbare bodem van de lichamelijke vrouw, kan dat zaad niet ontkiemen tenzij het is bevrucht door de vijf deugden (het fluïdum of de uitstraling van de beginselen) van de zesvoudige hemelse mens.’ Daarom wordt de microkosmos voorgesteld als een vijfhoek binnen de zeshoekige ster, de ‘macrokosmos’. (Ἄνθρωποϛ, een boek over occulte embryologie, Deel I.) Verder: ‘De functies van jiva op deze aarde hebben een vijfvoudig karakter. In het delfstoffenatoom is deze verbonden met de laagste beginselen van de Aardgeesten (de zesvoudige Dhyani’s); in het deeltje uit het plantenrijk, met hun tweede beginsel – de prana (leven); in het dier, met deze twee plus het derde en vierde; in de mens moet de kiem door alle vijf worden bevrucht. Anders wordt hij geboren als niet meer dan een dier’, namelijk als een idioot. Dus alleen in de mens is de jiva volledig. Wat zijn zevende beginsel betreft, dit is slechts een van de stralen van de universele zon. Elk redelijk wezen krijgt dat, wat naar zijn oorsprong moet terugkeren, slechts tijdelijk te leen; zijn stoffelijke lichaam wordt gevormd door de laagste aardse levende wezens, door fysische, chemische en fysiologische evolutie. ‘De gezegenden hebben niets te maken met de zuivering van de stof.’ (Kabbala, het Chaldeeuwse Boek van de Getallen.)

De Geheime Leer Deel I, hoofdstuk IV Chaos-Theos-Kosmos (p. 372):
‘Daarom werd in het binnenste van de tempels onderwezen dat dit zichtbare heelal van geest en stof slechts het concrete beeld is van de ideële abstractie; het werd gebouwd volgens het model van de eerste GODDELIJKE IDEE. Ons heelal heeft dus eeuwig in een latente toestand bestaan. De ziel die dit zuiver geestelijke heelal in leven houdt, is de centrale zon, de hoogste godheid zelf. Niet de Ene bouwde de concrete vorm van de idee, maar de eerstgeborene, en omdat zij werd opgebouwd volgens de meetkundige figuur van de dodecaëder (Plato, 'Timaeus), ‘behaagde het de eerstgeborene twaalfduizend jaar over zijn schepping te doen’.
375: De natuur heeft een afkeer van het ledige, zeiden de peripatetici die, hoewel zij op hun manier materialisten waren, misschien begrepen waarom Democritus en zijn leermeester Leucippus verkondigden dat de eerste beginselen van alle dingen in het Heelal, atomen en een vacuüm waren. Het laatste betekent alleen maar een latente godheid of kracht, die vóór haar eerste manifestatie, toen zij WIL werd – die de eerste impuls aan deze atomen overbracht – het grote niets was, Ain-Soph of GEEN DING; en daarom voor ieder zintuig een leegte – of CHAOS – was.
376: Die Chaos werd echter volgens Plato en de pythagoreeërs de ‘ziel van de wereld’. Volgens de hindoeleer doordringt de godheid in de vorm van aether (akâsa) alle dingen; en deze werd daarom door de theürgen ‘het levende vuur’, de ‘geest van het licht’ en soms magnes genoemd. De hoogste godheid zelf bouwde volgens Plato het Heelal in de meetkundige vorm van de dodecaëder; en haar ‘eerstgeborene’ werd geboren uit Chaos en oorspronkelijk licht (de centrale zon). Deze ‘eerstgeborene’ was echter slechts het geheel van de menigte van ‘bouwers’, de eerste constructieve krachten, die in oude kosmogonieën de Ouden (geboren uit de Diepte of de Chaos) en het ‘eerste punt’ worden genoemd. Hij is het zogenaamde tetragrammaton, aan het hoofd van de zeven lagere sephiroth. Dit was het geloof van de Chaldeeën. ‘Deze Chaldeeën’, schrijft Philo, de jood, die heel oneerbiedig spreekt over de eerste leermeesters van zijn voorvaderen, dachten dat de Kosmos onder de dingen die bestaan (?) één enkel punt is, dat òf zelf God (Theos) is, òf waarin God is, die de ziel van alle dingen omvat’. (Zie zijn Rondzwerving van Abraham, 32.)
376: Chaos-Theos-Kosmos zijn slechts de drie aspecten van hun synthese – RUIMTE. Men zal het mysterie van deze Tetraktis nooit oplossen door vast te houden aan de dode letter van de oude filosofieën zoals die nu nog bestaan. Maar zelfs hierin worden CHAOS–THEOS–KOSMOS = RUIMTE in alle eeuwigheid geïdentificeerd als de Ene Onbekende Ruimte, waarover het laatste woord misschien niet vóór onze zevende Ronde zal worden gezegd. Niettemin zijn de allegorieën en metafysische symbolen over de oorspronkelijke en volmaakte KUBUS zelfs in de exoterische Purāna’s opmerkelijk.
379: Op haar beurt is deze drievoudige eenheid de voortbrengster van de vier oorspronkelijke ‘elementen’, die in onze zichtbare aardse natuur bekend zijn als de zeven (tot dusver vijf) elementen, die elk deelbaar zijn in negenenveertig (of zeven maal zeven) sub-elementen; er zijn er ongeveer zeventig aan de scheikunde bekend. Elk kosmisch element, zoals vuur, lucht, water, aarde, die deel hebben aan de eigenschappen en gebreken van hun beginselen, is van nature goed en kwaad, kracht (of geest) en stof, enz.; en elk is daarom tegelijk leven en dood, gezondheid en ziekte, actie en reactie. (Zie § xiv, ‘De vier elementen’.) Zij vormen altijd en voortdurend stof onder invloed van de nooit ophoudende impuls van het ENE Element (het onkenbare), dat in de wereld van de verschijnselen wordt voorgesteld door aether, of door ‘de onsterfelijke goden, die aan alles geboorte en leven schenken’.
De Geheime Leer hoofdstuk 13 De zeven scheppingen (p. 493):
‘De dodecaëder ligt verborgen in de volmaakte kubus’, zeggen de kabbalisten. De mystieke betekenis hiervan is, dat de twaalf grote transformaties van geest tot stof (de 12.000 goddelijke jaren) plaatsvinden tijdens de vier grote tijdperken of het eerste mahayuga. Terwijl het begint met het metafysische en het bovenmenselijke, eindigt het in de stoffelijke en zuiver menselijke naturen van Kosmos en mens. De oosterse filosofie kan – als de westerse wetenschap hiertoe niet in staat is – het aantal aardse jaren aangeven die verlopen tijdens de geestelijke en stoffelijke evolutie van het zichtbare en onzichtbare.
De oorspronkelijke schepping wordt de schepping van licht (geest) genoemd; en de secundaire die van de duisternis (stof)9. Beide kan men vinden in Genesis, hfst. i, v. 2 en aan het begin van hoofdstuk ii. De eerste is de emanatie van zelfgeboren goden (Elohim); de tweede die van de stoffelijke natuur.
493/494: Daarom wordt in de Zohar gezegd: ‘O, metgezellen, metgezellen, de mens als emanatie was zowel man als vrouw, van de kant van de VADER en ook van de kant van de MOEDER. En dit is de betekenis van de woorden: En de Elohim spraken: ‘Laat er licht zijn, en er was licht!’ . . . En dit is de ‘tweevoudige mens’!’ Bovendien is licht op ons gebied, duisternis in de hogere sferen.
721: Pythagoras en na hem Philo Judaeus beschouwden het getal 12 als heel heilig. ‘De dodecaëder is een volmaakt getal.’ Het is het getal van de tekens van de Dierenriem, voegt Philo eraan toe, die de zon in twaalf maanden bezoekt, en het is ter ere van dat teken dat Mozes zijn volk in twaalf stammen verdeelde, de twaalf koeken (Levit. xxiv, 5) van het toonbrood instelde en twaalf edelstenen plaatste rond het gewaad van de hogepriesters. (Zie De Profugis.)

De Geheime Leer Deel II, Stanza 1 Het begin van BEWUST LEVEN (p. 39):
Dit zijn de hemelse vruchten, de tien of 10, geboren uit de twee onzichtbare mannelijke en vrouwelijke zaden, waardoor de 12 of de dodecaëder van het Heelal ontstaat. Het mystieke stelsel bevat de , het middelpunt; de 3 of ; de vijf, , en de zeven of , of ook ; de driehoek in het vierkant en het samenvattende punt in de dooreengevlochten dubbele driehoeken. Dit wat betreft de wereld van de archetypen. De wereld van de verschijnselen bereikt haar hoogtepunt en de weerspiegeling van alles in de MENS. Daarom is hij het mystieke vierkant – in zijn metafysische aspect – de Tetraktis, en wordt op het scheppende gebied de kubus.
De Geheime Leer Deel II, Stanza 7. Het vijfde ras en zijn goddelijke leermeesters (p. 417,418):
De materialisten geloven dat niet. Ze leven op deze aarde, op dezelfde manier als sommige wezens in de wereld van de insecten of zelfs in die van de vissen leven, omringd door tienduizenden van hun eigen soort, zonder deze te zien of zelfs maar gewaar te worden.1
1) We vragen: ‘Kent u de aard van
hallucinaties, en kunt u het psychische proces ervan omschrijven? Hoe kunt u dan zeggen dat al zulke visioenen zijn toe te schrijven aan alleen fysieke hallucinaties? Wat geeft u de zekerheid dat mentale en zenuwziekten, die een sluier werpen over onze (zogenaamde) normale zintuigen, niet tegelijk gezichtsvelden openen die onbekend zijn aan de gezonde mens, door deuren open te gooien die gewoonlijk zijn gesloten voor uw wetenschappelijke waarnemingen (?); of dat een psychospiritueel vermogen niet onmiddellijk in de plaats treedt van het verlies of de tijdelijke atrofie van een zuiver fysiek zintuig? Ziekte of een overmaat aan zenuwfluïdum brengen mediumschap en visioenen teweeg – hallucinaties, zoals u ze noemt. Maar wat weet de wetenschap zelfs maar van mediumschap? Werkelijk, als de hedendaagse Charcots vanuit een hoger psychisch gezichtspunt aandacht zouden besteden aan het delirium van hun patiënten, zou de wetenschap en vooral de fysiologie er meer voordeel van hebben dan nu, en zou de waarheid een ruimer gebied van feiten in haar kennis betrekken.
Plato is de eerste wijze onder de klassieken die uitvoerig over de goddelijke dynastieën spreekt, en ze situeert op een uitgestrekt continent dat hij Atlantis noemt. Bailly was niet de eerste en ook niet de laatste die ditzelfde geloofde, en pater Kircher was hem met deze theorie vóór geweest. Deze geleerde jezuïet schrijft: Ik erken dat ik dit alles [de dynastieën en Atlantis] lange tijd als alleen maar fabels (meras nugas) had beschouwd, tot de dag waarop ik, omdat ik beter in de oosterse talen was onderricht, oordeelde dat al die legenden toch de uiting van een grote waarheid moesten zijn.2 Zoals De Rougemont aantoont, liet Theopompus in zijn verhaal over Meropis3 de priesters van Frygië en Klein-Azië er in dezelfde woorden over spreken als de priesters van Saïs, toen ze aan Solõn de geschiedenis en het lot van Atlantis onthulden. Volgens Theopompus was het een uniek continent van onbepaalde grootte, dat twee landen omvatte, die door twee volkeren werden bewoond – een agressief, oorlogszuchtig volk, en een vroom, meditatief ingesteld volk, die Theopompus symboliseert door twee steden.
2) Oedipus Aegyptiacus, 1652, deel 1, blz. 71.
3) Zie Filippika.
De Geheime Leer Deel II, hoofdstuk 24 Het kruis en het Pythagorische tiental (p. 656):
Het woord makara, zegt de schrijver van ‘The Twelve Signs of the Zodiac’, bevat in zichzelf de sleutel tot zijn juiste interpretatie. De letter ma is gelijk aan het getal 5, en kara betekent hand. Nu betekent in het Sanskriet tribhujam een driehoek, want onder bhujam of karam (synoniemen) wordt een zijde verstaan. Dus betekent makaram of panchakaram een vijfhoek – de vijfpuntige ster of vijfhoek stelt de vijf ledematen van de mens voor2. In het oude stelsel, zo zegt men ons, was makara het achtste in plaats van het tiende teken. Het is ‘bedoeld om de zijden van het Heelal voor te stellen en geeft aan dat het Heelal wordt begrensd door vijfhoeken’, want de Sanskrietschrijvers ‘spreken ook over ashtadisa of acht zijden die de Ruimte begrenzen’, waarbij wordt verwezen naar de loka-pala’s, de acht streken van het kompas (vier hoofdstreken en vier tussenliggende streken). . . . ‘Uit een objectief oogpunt wordt de microkosmos voorgesteld door het menselijke lichaam. Makaram kan worden opgevat als een gelijktijdige voorstelling van zowel de microkosmos als de macrokosmos, gezien als uiterlijke objecten van waarneming’ (blz. 113, 115).
2) Wat is de betekenis en de reden van deze figuur? Dat manas het vijfde beginsel is en dat de vijfhoek het symbool van de mens is – niet alleen van de mens met vijf ledematen, maar vooral van de denkende, bewuste MENS.
657: Ma – zegt de schrijver van de ‘Twelve Signs of the Zodiac’ – is vijf; kara, een hand met haar vijf vingers, en ook een teken met vijf zijden of een vijfhoek. De kumâra’s (in dit geval een anagram voor occulte doeleinden) zijn vijf in de esoterie, als yogi’s – omdat de laatste twee namen altijd geheim zijn gehouden; ze zijn de vijfde orde van de Brahmadeva’s en de vijfvoudige Chohans, omdat ze de ziel van de vijf elementen in zich hebben, voornamelijk water en ether, en daarom waren hun symbolen zowel waterig als vurig. ‘Wijsheid ligt verborgen onder de legerstede van hem die rust op de gouden lotus (padma), die op het water drijft.’ In India is het Vishnu (een van zijn avatars was Budha, zoals men in vroegere tijden beweerde). De Prachetasas, de vereerders van Nārāyana (die zich evenals Poseidon boven, niet onder de wateren bewoog of er woonde), stortten zich in hun devotie in de diepten van de oceaan en bleven daar 10.000 jaar; en de Prachetasas zijn exoterisch tien, maar esoterisch vijf.
De Geheime Leer Deel II, hoofdstuk 6 Reuzen, beschavingen en verzonken continenten in de geschiedenis (p. 862/863):
Een van zulke ‘tegenstrijdigheden’ en ‘toevalligheden’ betreft de gelijkvormigheid van de Zoroastrische en de Indiase leer op het punt van de zeven dvīpa’s (eilanden, of liever continenten), zoals die in de Purāna’s voorkomen, nl.: ‘De dvīpa’s vormen concentrische ringen die, gescheiden door de oceaan, Jambu Dvīpa omringen, dat in het midden ligt’ (blz. 130, deel I) en ‘volgens de Iraanse opvatting ligt de karshvar hvaniratha ook in het centrum van de rest . . . elk van hen (de zes andere karshvars) is een bijzondere individuele ruimte, en zo groeperen zij zich rond (boven) Hvaniratha’ (ibid. blz. 131).

H.P. Blavatsky Deel III, (p. 566):
Binnen het aurische ei bevindt zich de macrokosmische vijfpuntige ster van het LEVEN, prâna, die in zich het pentagram bevat, dat de mens voorstelt. De universele vijfpuntige ster moet getekend worden met zijn spits naar boven gericht, het teken der witte magie; van de menselijke vijfpuntige ster zijn de onderste ledematen omhoog gericht en vormen de "horens van Satan", zoals de Christelijke Kabbalisten ze noemen.
Want deze omgekeerde ster vertegenwoordigt niet alleen kâma, exoterisch het vierde beginsel, maar ook de stoffelijke mens, het dier van vlees met zijn begeerten en hartstochten.
Om hetgeen volgt te kunnen begrijpen, bedenken men wel dat Manas afgebeeld kan worden als een bovenaan staande driehoek, met het lagere manas verbonden door een dunne lijn, welke die twee verenigt. Dit is het antahkarana, het pad of de brug van gemeenschap die als schakel dient tussen het persoonlijke wezen, welks stoffelijke brein onder de heerschappij van het lagere dierlijke denkvermogen staat, en de reïncarnerende individualiteit, het geestelijke Ego, Manas, Manoe, de ‘goddelijke Mens’.
617: Tussen Kama en Manas komt het antahkarana.
648: De mens bevat in zich alle elementen die zich in het heelal bevinden. Er is niets in de macrokosmos dat zich niet in de microkosmos bevindt.
708: Binnen het blauwe Aurische Ei bevindt zich de oranje vijfpuntige ster van LEVEN, Prana, en deze bevat in zich de rode vijfpuntige ster, die de mens voorstelt.
Let wel: de universele vijfpuntige ster strekt zijn punt opwaarts, het teken van de Witte Magie – in de menselijke vijfpuntige ster steken de onderste ledematen de lucht in en vormen de ‘Horens van Satan’, zoals de christelijke kabbalist ze noemt.
708a: Kama, voorgesteld als vijfpuntige ster met de ‘horens van het kwaad’ naar boven en de lagere Manas omvattend, bloedrood gekleurd.

Theosofie slaat een brug tussen Religie en Wetenschap, tussen Wat en Hoe, de onzichtbare binnenwereld van de geest en de zichtbare materiële buitenwereld. De verbinding wordt door de denkbeeldige brug Antahkarana gelegd.
Antahkarana of het "innerlijk orgaan" is de naam van het verschijnsel van algehele coördinatie tussen alle delen van het menselijk wezen.
Om hetgeen volgt te kunnen begrijpen, bedenken men wel dat Manas afgebeeld kan worden als een bovenaanstaande driehoek, met het lagere manas verbonden door een dunne lijn, welke die twee verenigt. Dit is het antahkarana, het pad of de brug van gemeenschap die als schakel dient tussen het persoonlijke wezen, welks stoffelijke brein onder de heerschappij van het lagere dierlijke denkvermogen staat, en de reïncarnerende individualiteit, het geestelijke Ego, Manas, Manoe, de ‘goddelijke Mens’.
Wanneer de persoonlijkheid zich heeft losgemaakt van het ik-besef, het gevoel van afgescheidenheid, en het eenvoudig een verlengstuk van de individualiteit zal zijn geworden, zal er zefs geen brug meer tussen deze twee nodig zijn en de theosofie zegt ons dan dat, dat wat men het antakarana noemt - dat wil zeggen de verbinding, het kanaal waardoor de communicatie plaatsvindt tussen de persoonlijkheid en de individualiteit – gedoemd is te verdwijnen.

Tom de Booij 11. Het Droste blikje en de vijfster als fractals

Het is mogelijk de éne werkelijkheid vanuit nieuw gezichtspunt te belichten. Het rapport 'E i V' wil aantonen dat de kwintessens van het verhaal echter gelijk blijft. De structuur van de eeuwige wederkeer impliceert een Droste-effect. Dit proces van zelfverwijzing heet recursie.

Paul Revis: Terwijl bij het dier de intentionaliteit 'uitwaaiert' naar de dingen, 'verdampt', als het ware opgeslokt wordt door de wereld, buigt zij zich in de menselijke reflectie op zichzelf terug. Het menselijk bewustzijn kan zich zelfs op het eigen denken richten: ik denk, dat ik denk...dat ik denk... dat ik denk, enz. Het lijkt op de ontdekking van een kind, dat - starend naar een cacaoblik van Droste - voor het eerst de repeterende breuk, de oneindige reeks ontdekt: op het blik staat een verpleegster met een dienblad, op het dienblad staat hetzelfde blik met dezelfde verpleegster en hetzelfde dienblad, enz. Zo 'spiegelt' het bewustzijn zich in zichzelf en komt Descartes tot zijn 'cogito ergo sum'.

Jules Ruis: De rode draad door alle informatie is het woord 'fractal', een sterk groeiend begrip, dat naar verwachting de komende jaren ons leven en werken op vele fronten zal gaan beïnvloeden. Een klassiek voorbeeld van fractale structuur is de set van in elkaar passende Russische poppetjes, matruschka's genoemd. 'Fractals' zijn (van origine wiskundige) objecten van een ongekende schoonheid bestaande uit zich steeds herhalende patronen.

 

====

Zie ook:

Boeken:

Externe Links

<< vorige || volgende >>

Categorie: Artikelen | Rapport | Auteur: Harry Nijhof


Deze pagina werd sedert 16 dec. 2007 keer bekeken.